Het belang van wetenschappelijk onderzoek naar eetstoornissen en COVID-19
Op 20 januari is er een publicatie verschenen in Journal of Eating Disorders van Mladena Simeunovic-Ostojic, Joyce Maas en Nynke Bodde van het Hoogspecialistisch Centrum voor Eetstoornissen van GGZ Oost Brabant. Deze publicatie geeft verschillende adviezen aan professionals die werken met patiënten met eetstoornissen en roept bovendien op tot onderzoek.
Ondanks het feit dat we al een jaar te maken hebben met COVID-19, is het virus alsnog relatief nieuw en is er nog veel onbekend. Zo weten we nog onvoldoende over de kwetsbaarheid van patiënten met een eetstoornis met betrekking tot het oplopen van een besmetting en het verloop van de infectie bij eetstoornissen in de breedste zin van het woord: van patiënten met een eetstoornis en obesitas tot patiënten met anorexia nervosa met ondergewicht. Ook weten we nog onvoldoende over hoe zij reageren op vaccinatie tegen COVID-19.
Naast de noodzaak om antwoorden te vinden op urgente klinische vragen met betrekking tot diagnostiek, behandeling en vaccinatie, nodigt de COVID-19 pandemie ook onderzoek bij eetstoornissen uit om andere redenen. Het immuunsysteem van patiënten met een eetstoornis zou anders kunnen werken dan bij de algemene populatie, zo laat onderzoek zien. De hoeveelheid aan data (bijvoorbeeld RT-PCR test uitslagen, serum cytokine levels, concentraties antilichamen) die momenteel verzameld zou kunnen worden kan van onschatbaar grote waarde zijn om evolutionaire hypotheses over het immuunsysteem te onderzoeken. Deze informatie zou ons niet alleen kunnen helpen in de strijd tegen COVID-19, maar ook bij toekomstige pandemieën.
Voor dit soort onderzoek is een grote wereldwijde database nodig. Het Hoogspecialistisch Centrum voor Eetstoornissen roept dan ook op tot dataverzameling en samenwerking tussen eetstoorniscentra, ziekenhuizen en ook de farmaceutische industrie.
Heb je vragen of opmerkingen over dit onderzoek? Mailen kan naar j.maas@ggzoostbrabant.nl