Zorgstandaard eetstoornissen

De zorgstandaard Eetstoornissen beschrijft wat de beste zorg en behandelingen zijn voor mensen met een eetstoornis. Samen beslissen over welke zorg het beste past.

 

Beginnende eetproblemen kunnen een eetstoornis worden. Eetstoornissen zijn ernstige aandoeningen die niet vanzelf overgaan. Bij een eetstoornis vinden patiënten zichzelf vaak niet ziek, of schamen zich zo voor hun gestoorde eetgedrag dat ze geen hulp zoeken. De zorgstandaard biedt professionals kennis over hoe je een eetstoornis herkent, wat lichamelijke en psychologische kenmerken zijn en hoe je daar het beste zorg voor kunt bieden én zoeken. Ook voor patiënten biedt het handvatten voor het vinden van de best passende zorg zodat hulpverlener en patiënt samen een goede beslissing daarover kunnen nemen.

Deze zorgstandaard beschrijft de zorg voor vier specifieke eetstoornissen: anorexia nervosa (AN), boulimia nervosa (BN), de eetbuistoornis (binge eating disorder: BED) en de vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis (avoidant/restrictive food intake disorder: ARFID).

Eetstoornissen kunnen op elke leeftijd ontstaan, maar vooral AN en BN beginnen doorgaans in de adolescentie of jonge volwassenheid. Eetstoornissen komen echter ook op oudere leeftijd voor (menopauze). Eetstoornissen komen het meest voor bij jonge vrouwen.