Blog: De weg omhoog
Een eetstoornis? Ik? Nooit. Ik weet nog goed het moment dat ik tegen een vriendin zei ‘Dat lijkt me eigenlijk best wat. Zo’n eetstoornis. Dan is het medicijn gewoon het eten van een pizza!’. Maar nee. Ik, Iris, zou nóóit een eetstoornis krijgen. Ik hield immers van eten en zou dat voor geen goud opgeven. Little did I know.
Mijn naam is Iris de With en ik ben 22 jaar. Ik woon in Groningen en kom uit een gezin met drie kinderen. Mijn ouders zijn gescheiden toen ik 11 was en vroeger was het niet altijd makkelijk. Maar goed. Ik was sterk. Huilen? Daar deed ik niet aan. Ondanks dat ik zelf nooit gedacht had dat ik vatbaar zou zijn voor een mentale ziekte, is dat toch gebeurt. Op mijn 18e ontwikkelde ik een eetstoornis.
Een eetstoornis gaat niet over eten
Wat ik nu beter weet dan toen is dat een eetstoornis helemaal niet over eten gaat. Het gaat over controle, het wegmaken van je gevoel, gezien worden en nog veel meer. Het is een coping. Een ongezonde manier om het je emoties en gedachten om te gaan. Ik ben altijd iemand geweest die de lat hoog legt voor zichzelf. Opgeven deed ik niet. Ik haalde goede cijfers, leerde me te pletter en wilde altijd in de hoogste sportteams spelen. Op zich goede kwaliteiten, maar ze kunnen óók tegen je werken. Want wat gebeurt er als je hoofd en je lichaam eigenlijk aangeven dat je de stress en druk van je omgeving niet meer aankunt en het woord ‘rust’ niet in je woordenboek te vinden is? Juist, dan gaat het mis.
Toen ik 18 was, slaagde ik voor mijn VWO en moest en zou ik naar de universiteit. Want dat is wat je moet doen, toch? Toch wist ik dat ik eigenlijk even pauze nodig had. Niet alleen van school, maar eigenlijk van mijn hele leven. Ik leefde een gescheiden leven en probeerde in mijn thuissituatie álles in balans te houden. Ík was degene die vond dat ik moest zorgen dat mijn broertje en zusje het goed hadden en dat er niet extreme ruzie zou ontstaan of dat het goed zou blijven gaan met mijn ouders. Vaak sloeg ik mijn eigen mening en gevoel over, want ja, als ik dat zou uiten zou ik toch niet gehoord worden. Tot er een moment kwam dat ik dit niet meer zo wilde. Maar hoe stop je daarmee als jíj́ degene bent die alles op zijn plek houdt en er niet naar jou geluisterd wordt…? Ik ontwikkelde een eetstoornis.
Van anorexia naar boulimia
Was dit de juiste manier? Zeker niet. Maar wel een manier om op dat moment te overleven. Een manier waarmee ik het gevoel had dat ik gehoord werd en een manier waardoor ik heel eventjes pauze ‘mocht’ nemen. Een veilig gevoel dat ik in jaren niet gevoeld had. Niet gek dat ik dat dan ook met man en macht probeerde te behouden. Iedereen die te dichtbij kwam snauwde ik af. Ik isoleerde mezelf volledig. Niet omdat ik ze niet aardig vond, maar omdat ik doodsbang was. Bang om te verliezen wat ik al die tijd gemist had. Bang om terug te gaan naar het leven vóór die eetstoornis. Bang om nog een keer niet gezien en gehoord te worden.
Het begon met anorexia, wat na een aantal jaar overging in boulimia. Toen ik in gewicht aankwam in de periode dat anorexia naar boulimia overging, was de strijd in mijn hoofd het grootst. De complimenten die ik kreeg over dat ik er weer goed uit zag kwamen dan ook niet goed binnen. Ik voelde mij helemaal niet beter, maar hoezo kon niemand meer zien dat ik nog ziek was?
Herstel
Ik heb hard gevochten voor mijn herstel. Door naar het Leontienhuis te gaan, therapie te volgen en gedichten te schrijven, heb ik geleerd dat ik wél mezelf mag zijn. Dat IK bepaal hoe ik mijn leven inricht en dat ik, hoe naar dat ook is, geen invloed heb op mijn omgeving. Ik mag er zijn zoals ik ben en mijn eigen pad bewandelen. Ik was ziek genoeg, op welk gewicht dan ook. Want gewicht en eten is niet waar de eetstoornis over gaat.
Er zijn heel veel dingen die ik graag eerder had geweten en daarom vind ik het ook belangrijk om mijn ervaringen te delen. Ik heb besloten de gedichten die ik in mijn dagboek heb geschreven, uit te geven in een gedichtenbundel, zodat meer mensen zien dat het niet gek is en ze niet alleen zijn. Eetstoornisherstel is als het beklimmen van een berg. Een weg met ups en downs, die uiteindelijk uit komt op de top met een prachtig uitzicht. Ik gun het iedereen om van dat uitzicht te mogen genieten en ik weet zeker dat ook jij, die dit leest, daar gaat komen. Ook al heb ik nog een stuk van die weg te gaan, weet ik nu dondersgoed dat een eetstoornis niet de uitweg is van het leven waaruit ik zo graag wilde ontsnappen. Ik mag voor mezelf gaan staan en kiezen hoe ikzelf mijn leven wil leven. Het hoeft niet allemaal op een bepaald tempo. Het hoeft niet allemaal perfect. Als het maar JOUW leven is. En geloof me, daar past een eetstoornis niet in!
Meer informatie over de gedichtenbundel van Iris ‘De weg omhoog’ vind je hier.